1) We letten op in de klas!
(ra ra, wie van de twee let er niet op?!)
2) Onze bank is ordelijk en netjes.
3) We komen met iedereen overeen. We sluiten niemand uit.
5) In de gang maken we twee, nette rijen in stilte.
6) We proberen goed samen te werken in groep en in de klas.
7) We spelen niet op de trap
9) In het vierde leerjaar gedragen we ons.
10) We houden de klas en de speelplaats netjes.